Het
moet gezegd, Sofie Peeters doet wat ze kan om de nodige nuance aan te
brengen aan haar docu 'Femme de la rue'. Toch blijft in berichtgeving
het etiket 'seksist' stevig vastgenaaid in de kraag van de
gestereotypeerde 'werkloze rondhangallochtoon'. Het in de docu aan de
kaak gestelde seksisme vertaalt zich bovendien tot nog toe
uitsluitend in een repressieve politieke vuist.
Burgemeesters
van Vlaamse dorpen verkondigen graag op tv en in kranten dat
GAS-boetes een einde zullen stellen aan de straatplaag waar zoveel
vrouwen mee geconfronteerd worden; ter bescherming van onze vrouwen,
dochters, zusters en moeders. Daarmee lijkt de kous af te zijn.
Bart Somers in Terzake: "We moeten hier een harde vuist tegen maken en nultolerantie tegen voeren".
Ogen
dicht en GAS geven
Deze
beleidsmatige repliek mag dan wel een godsgeschenk zijn voor
sommige politici in pro-verkiezingskomkommertijd, de effectiviteit
ervan roept vragen op.
Vooreerst
kan de vraag gesteld worden naar de doeltreffendheid van de maatregel
binnen zijn eigen beperkte kader. Wat is een 'seksistische
commentaar'? Hoe zal die precies beboet worden? Loopt elke vrouw
vanaf nu met een bandrecorder of camera over straat, worden massaal
lokagentes ingezet (wat bv. in Mechelen reeds gebeurt), of worden
overtreders gevraagd hun beledigingen in het bijzijn van meneer de
agent te herhalen? Enkele daders zullen een boete oplopen, zeker. Of
dit een gepaste aanpak is om het symptomatisch gedrag te doen
ophouden én of vrouwen zich op deze manier veiliger voelen op
straat, is zeer de vraag. Daarnaast is ook duidelijk dat agenten niet
in villabuurten zullen patrouilleren. Statistieken gaan zo de
stereotypering opnieuw versterken, en de verrechtsing van de
maatschappij verder in de hand werken. Erg emancipatorisch is het ook
niet, een 'feministische' maatregel top-down op te leggen zonder
overleg met vrouwenbewegingen die al ettelijke tijd dit thema op de
agenda hebben staan en over heel wat kennis beschikken.